Smelten als sneeuw voor de zon

Als we op onze laatste vakantiedag nietsvermoedend in museum KODE in Bergen (Noorwegen) langs de schilderijen lopen, stuiten we op dit schilderij van een gletsjer. ‘Hé!’, roepen we allebei spontaan. Die gletsjer hebben we in het echt gezien.’ Het bijschrift bevestigt onze vermoedens dat dit de Nigardsbreen voorstelt.

Déja vu
Een paar dagen ervoor hebben we zelf bij de Nigardsbreen gestaan. Wel een gek idee dat de Noorse schilder Johan Christian Dahl meer dan anderhalve eeuw voor ons naar dezelfde gigantische brok ijs had staan staren. Het exacte punt waar hij moet hebben gestaan, kunnen wij ons niet voor de geest halen. De houten huisjes die we op het schilderij zien, staan er niet meer. Wel ligt voor de gletsjertong nu een meertje dat we op het schilderij niet terugzien. Aan de luchtige kleding van de herder te zien, heeft Dahl dit tafereel in warmere tijden geschilderd. Op het schilderij is het landschap groen terwijl wij nog door de sneeuw hebben geploeterd om dichter bij de gletsjer te komen.

Nigardsbreen, Johan Christian Dahl, 1844

Nigardsbreen, Johan Christian Dahl, 1844

Blauwer dan blauw
Het blauw op het schilderij lijkt net zo onwerkelijk als in de werkelijkheid. Toen we de gletsjer naderden had ik steeds het gevoel alsof ik op een grote blauw geverfde schuimtaart af liep. Pas toen ik er met mijn neus bovenop stond en het ijs kleine knappende geluidjes hoorde maken, kon ik geloven dat het toch echt ijs was. Eeuwig bevroren water. Hoewel eeuwig?

Nigardsbreen_foto

Terugtrekkende beweging
De Nigardsbreen is nu ongeveer 48 km². In Dahls tijd was deze zij-arm van de Jostedalsbreen – de grootste gletsjer van Europa – groter dan nu. In 1748 was de gletsjer op zijn grootst. Tussen 1870 en 2007 is de Nigardsbreen wel 2,4 km geslonken. Ik ben benieuwd hoe de gletsjer er dan over weer anderhalve eeuw bij ligt. Weer een paar kilometer korter of helemaal verdwenen als sneeuw voor de zon?

_____________________________________________________

Bronnen: KODENVE,  Wikipedia

Vol toewijding geknipt

Op een rustige donderdagavond loop ik via de grote trap in het Stedelijk Museum naar boven en doemt de De parkiet en de zeemeermin tree voor tree voor mij op. Zo treed ik als het ware De oase van Matisse binnen. Nog een paar stappen naar voren en ik sta oog in oog met het wereldberoemde werk. Hoewel oog in oog staan? Mijn blik dwaalt over het doek terwijl ik heen en weer loop – van voor naar achter en van rechts naar links. Zo probeer ik de kleurige vormen in me op te nemen.

Oase-van-Matisse-Jasper-bezoek-Stedelijk

Naast de duidelijk herkenbare blauwe parkiet en zeemeermin, zie ik veel blauwe granaatappels. De bolle vormen met uitsteeksels als kroontjes doen me daar me tenminste aan denken. Dotjes zwierig zeewier zweven in allerlei kleuren voor mijn ogen: blauw, geel, oranje, rozerood en flessengroen. Frisgroen heeft Matisse voor een soort koraalvormen bewaard. Oh wacht even, nu zie ik ook koraal in meerdere kleuren.

Knipsels om in rond te dobberen en te dwalen
Er hangen meer grote knipselwerken die je het gevoel geven een soort surreële wereld binnen te stappen. Ook Oceanië, de lucht en Oceanië, de zee uit 1946 geven me dat gevoel. Deze twee werken zijn luchtig, gronderig en verwarrend tegelijk. Een zandkleur vormt de de ondergrond voor de witte uitgeknipte vormen. Ik associeer die kleur eerder met een droge dorre woestijn dan met lucht en zee. Bij lucht denk ik ook niet aan het koraal dat ik voor me zie. En volgens mij zie ik ook nog kleine haaien en walvissen.

De blauwe ondergrond bij Polynesië, de zee en Polynesië, de lucht uit datzelfde jaar kan ik me meer onderdompelen in het gevoel van zee en lucht. In Polynesië, de zee dobber ik rond in een onderwaterwereld met koraal, wier, vissen en zeesterren. Met Polynesië, de lucht tart Matisse toch weer mijn fantasie of juist het gebrek daaraan. Daar zie ik naast vliegende vogels ook koraal, zeesterren en grote garnalen. Onder is boven en boven is onder?

Dwalen naar een ver verleden

Barbara_knippend_wcMijn gedachten dwalen en dralen niet alleen in fantasiewereld van Matisse, maar gaan ook terug naar mijn eigen kindertijd. Ik zal een jaar of drie geweest zijn toen ik de kracht van de schaar ontdekte. Geen stuk papier was meer veilig voor mijn grijpgrage vingers én de schaar. Ik was zo verknocht aan het knippen dat ik zelfs doorging op de w.c. Ik moest het wel doen met minder mooi papier dan Matisse. Hij werkte met papier dat zijn assistenten van tevoren in zorgvuldig gekozen kleuren beschilderden. Ik moest het doen met een oude Margriet of Libelle.

Vol toewijding knipte ik er in mijn jonge jaren lustig op los. Alleen waar ik niet verder kwam dan bemoedigende woorden van trotse ouders, oogstte Matisse zijn toegewijde knippen al tijdens zijn leven lovende kritieken. En nu eert het Stedelijk Museum hem met de grootste tentoonstelling van zijn werk ooit in Nederland.

_________________________________________________________________________

De oase van Matisse is van 27 maart tot 16 augustus 2015 te zien in het Stedelijk Museum Amsterdam.

Bron: Stedelijk.nl